Speech 4 mei burgemeester Mascha ten Bruggencate
Hieronder leest u de speech die is uitgesproken door burgemeester Ten Bruggencate tijdens Dodenherdenking op 4 mei 2025 in Heiloo. Eronder leest u het gedicht dat kinderburgemeester Vigo de Boer heeft voorgedragen.
Speech burgemeester Ten Bruggencate
Wij staan tesaam voor het gericht
voor goed of kwaad te kiezen,
een volk dat voor tirannen zwicht,
zal meer dan lijf en goed verliezen,
dan dooft het licht.
H.M. van Randwijck, verzetsman, onderwijzer, schrijver en dichter schreef deze zinnen in 1958. Ze staan op een aantal oorlogsmonumenten in het land. Ik heb het altijd gelezen als een verwijzing naar het gruwelijke leed dat in de Tweede Wereldoorlog heeft plaatsgevonden. Een herinnering aan de grote gevolgen van de keuze voor goed of kwaad voor jezelf en voor anderen.
Vandaag herdenken we de doden en morgen vieren we 80 jaar vrijheid. Het is een vrije dag en er zijn feestelijkheden, maar het voelt voor mij deze dagen dubbel. Dit stukje van de wereld leeft al 80 jaar zonder oorlog. Ik kan niet zomaar zeggen dat wij, zoals wij hier staan, 80 jaar geen oorlog hebben meegemaakt. Onze veteranen zijn uitgezonden geweest naar allerlei oorlogsgebieden. En er zijn mensen naar Heiloo verhuisd, die juist gevlucht zijn voor die oorlogen.
Het wereldnieuws laat ons zien dat mensen nog steeds in staat zijn om oorlogen te starten, landen te bezetten, mensen te vervolgen, te martelen en te vermoorden. Beelden van kapotgeschoten gebouwen, mensen gevangen in kampen en dode kinderen zien we bijna dagelijks.
Het vieren van 80 jaar vrijheid voelt dubbel als ik nu uitspraken lees die doen denken aan 85 jaar geleden, als grenzen gesloten worden, groepen worden buitengesloten, journalisten vervolgd worden, vrijheden worden ingeperkt, democratie wordt uitgehold en universiteiten worden gecensureerd.
Het voelt dubbel als de helden van toen, nu juist een bedreiging voor de wereldvrede zijn.
Het voelt dubbel als ik met mijn collega’s spreek over de verhoogde dreiging in Nederland en hoe we ons en onze inwoners daarop moeten voorbereiden.
Het vieren van de vrijheid en het herdenken van de doden zijn deze 2 dagen met elkaar verbonden.
Ik herdenk niet alleen vandaag, maar misschien wel elke dag een beetje. Er zijn zoveel plekken en namen, die we dagelijks tegenkomen en die ons dagelijks doen denken aan toen. Voor mij zijn dan het herdenken van het leed en het vieren van de vrijheid heel direct aan elkaar verbonden.
Hier in Heiloo liggen Stolpersteine, die ons, als we erlangs lopen, doen denken aan iemand die daar woonde en die vermoord is. Je kunt er letterlijk over struikelen, de naam lezen en dan de data van geboorte en overlijden in Auschwitz, Sobibor, Bergen-Belsen…
In Heiloo liggen ze voor het gezin Kaas in de Rector Frederiklaan, het gezin Mossel in de Van Foreestlaan, de kinderen Bonnewit in de Spoorlaan, het gezin Sonepousse aan de Holleweg, voor het gezin De Vries aan de Heerenweg, de familie Pach en mevrouw Samuels aan de Kennemerstraatweg, de familie Schwaitzar aan de Korte Kapellaan en aan de Nicolaas Beetsweg voor het echtpaar Voorzanger.
Het zijn namen van mensen die hier gewoond hebben of verbleven, vaak toen er nog niets aan de hand leek. Mensen zoals u en ik, ze woonden in Heiloo in straten die we kennen. De verhalen zijn opgetekend door de Historische Vereniging, zo krijgen deze levens meer kleur en kunnen wij ons nu beter voorstellen wie deze mensen waren en wat er met hen gebeurd is.
Sommigen van hen moesten, omdat ze joods waren, naar Amsterdam verhuizen en werden daarvandaan via Westerbork naar de kampen in het oosten gedeporteerd. Anderen werden verraden en direct gedeporteerd. Ze kwamen niet meer terug.
Ik herdenk ook in de straten die vernoemd zijn. Bijvoorbeeld Bram du Bois, naar wie de Abraham du Boishof genoemd is. Na zijn eindexamen aan het Murmellius Gymnasium en studie rechten in Amsterdam is hij via Engeland als parachutist gedropt bij Apeldoorn, daar werd hij opgepakt en na een paar maanden gevangenschap werd hij gefusileerd op 8 maart 1945.
Of Matthijs Zonderhuis in de Matthijs Zonderhuisweg, hij was lid van Knokploeg Alkmaar/Heiloo en was betrokken bij allerlei verzetswerk en overvallen. Hij had samen met zijn vrouw een winkel aan de Stationsweg, onder de toonbank had hij een gat gegraven als schuilplaats voor onderduikers. Hij is verraden en op 1 september 1944 in zijn eigen huis doodgeschoten.
Ik herdenk op de Kennemerstraatweg die ook 80 jaar geleden al de doorgaande weg door het dorp was. Er zijn foto’s van de antitankgracht en antitankblokken en filmbeelden van de bevrijding, sommige plekken zijn bijna niet veranderd. De beelden van toen en nu schuiven naadloos over elkaar heen bij nog steeds herkenbare gebouwen als de Witte Kerk, het gemeentehuis en de Willibrordusstichting.
De Willibrordusstichting was in 1940 net klaar. Het was een voorbeeld van een modern psychiatrisch ziekenhuis. Al in de zomer van 1940 werd de Stichting grotendeels in beslag genomen door de Duitse Marine om er een Duits Ziekenhuis te vestigen.
Een groot spandoek met Marine Lazarett hing aan de voorkant, op het dak van de koepel werden witte vlakken met rode kruizen geverfd en voor de deur wapperde een vlag met een hakenkruis.
De patienten, zo’n 250, moesten vertrekken. Eerst naar Bakkum, toen naar een soortgelijke instelling in Vught, waar zij verpleegd door de broeders de oorlog hebben overleefd.
Ondertussen werden in het Duitse Ziekenhuis honderden gewonde Duitsers verpleegd. Er was eten en verlichting. Dat kon gelukkig ook gedeeld worden met de vele mensen op zoek naar voedsel die door Noord-Holland trokken en het ziekenhuis ook wisten te vinden.
Het ziekenhuis was zo bekend dat Rijkscommissaris Seyss Inquart, met een filmploeg naar Heiloo kwam. Ook deze beelden zijn bewaard.
De verhalen over het Duitse ziekenhuis in Heiloo worden minder graag verteld. Het is dan ook bijzonder dat de Verhalenkamer deze geschiedenis laat zien en er vanavond in de Witte Kerk over is verteld. Er zijn nog veel meer verhalen, soms mooi en heldhaftig, soms hard en soms pijnlijk, maar het is belangrijk dat die allemaal verteld worden en bewaard worden.
Als we morgen de vrijheid willen vieren en de vrijheid willen blijven vieren, dan moeten we blijven herdenken welk leed oorlog gebracht heeft en nog steeds brengt. Dan moeten we begrijpen wat onvrijheid is en wie onvrijheid brengt.
Daarom lees ik de regels van Van Randwijk niet meer als een verwijzing naar het verleden, maar als een waarschuwing voor de toekomst:
Wij staan tesaam voor het gericht
voor goed of kwaad te kiezen,
een volk dat voor tirannen zwicht,
zal meer dan lijf en goed verliezen,
dan dooft het licht.
Gedicht
Durf
Lieve Metzlar, 16 jaar, Leiden
Durf te praten
Voor hen die de stem niet hadden
Stille helden waren
Durf te geloven
In vrijheid
En samen
Durf te hopen
Voor hen die de hoop nooit opgaven
Voor de toekomst
Durf jij twee minuten stil te zijn?
Dan durf ik te luisteren